Wilfred Rubens vraagt zich af of microbloggen (Twitter, Jaiku Pownce) zinvol is. Zelf schrijft hij er over:

Bij het stellen van deze vraag, moet je je wat mij betreft ook realiseren dat de zinvolheid van zo’n beetje elke nieuwe technologie ter discussie wordt gesteld. Ook de zinvolheid van de PC en internet.

De vraag die Wilfred eigenlijk stelt is: is [willekeurig welke] technologie zinvol in te zetten in het onderwijs? Het antwoord op die vraag is ja en nee. Geen enkele technologie an sich is zinloos. Er is immers altijd iets van een contekst waarin een tool moet functioneren, een probleem dat het oplost of behoefte die het vervult. Dat geldt voor alles van productiviteitssoftware tot iLife naar Twitter. Veel van de technologie die wij dagelijks gebruiken en waar er op allerlei edublogs druk en enthousiast over wordt geschreven, is absoluut niet bedacht specifiek voor het onderwijs. Als onderwijs je contekst is (en voor docenten is dat natuurlijk het geval) en je op het standpunt staat dat een leermiddel alleen exclusief voor onderwijs moeten zijn ontworpen, dan vind je zaken als MSN, weblogs, Youtube en webmail zinloos.

Voor veel docenten is iets wat niet specifiek met een educatief doel is bedacht en ontwikkeld geen leermiddel. Scholen en hun ict-mangers en -beheerders gaan daar vaak in mee. Met regelmaat kom ik op scholen waar het gebruik van MSN, Youtube en zelfs Gmail is geblokkeerd. De gedachte dat leerlingen hun mobiele telefoons via bluetooth aan een schoolcomputer zouden moeten koppelen om daar foto’s, filmpjes of een audio-opname op te zetten doet veel ict’ers huiveren en veel docenten de schouders ophalen: waarom zou een leerling dat moeten kunnen? Het antwoord op die vraag moet volgens mij zijn: Omdat het kán! En omdat ze het wíllen!

Veel docenten leven onvoldoende in de wereld van hun leerlingen of studenten om te zien dat Twitter 

een pracht van een logboektool is, weblogs geweldige schrijfdossiers kunnen zijn, dat podcast de potentie hebben om een geweldige remediërend leermiddel te zijn en dat een zelgemaakte documentaire op Youtube een pracht van een profiel- of sectorwerkstuk kan zijn … en zo kan ik nog wel even doorgaan. Er zijn maar weinig docenten voldoende op de hoogte van de potentie van moderne technologie en dat is een serieuze professionaliseringslacune.

Checklist

Docentprofessionalisering op het gebied van ict moet zo langzamerhand verder gaan dan de obligate ECDL-modules. Dat besef moet zachtjes aan ook gaan dalen bij de PABO’s en lerarenopleidingen. Maar natuurlijk ook bij scholen die meer met technologie in hun onderwijs willen gaan doen. En dan moet de focus niet liggen op de knoppencursussen (voor elo en digibord) maar ook, of juist vooral op het vermogen om technologie te vertalen naar educatieve technologie. Dat vergt creativiteit en kennis van zaken, maar het is wel een voorwaarde om docenten uit het domein van de digital have nots te bewegen. Dat is zeker niet iets dat vanzelf zal gaan. Onderwijs waarin (educatieve) technologie een rol speelt, vereist echter vaak dat de docent tijd en middelen krijgt om te herontwerpen of nieuw materiaal te ontwikkelen. En daar schort het nog wel eens aan. Het feit dat veel docenten vinden dat ze les moeten geven en niet de ontwikkelaar (lees: uitgever) wilen uithangen. 

Docenten die zich op het standpunt stellen dat Youtube, MSN, Twitter etecera geen plek horen te hebben in het onderwijs, doen hun leerlingen ernstig tekort. We leiden onze leerlingen toch immers niet meer op voor een wereld waarin gebruik van computers zich beperkt tot kantoortoepassingen!? Leerlingen geven immers zelf aan dat ze in hun lessen meer met onderwijs en multi- (of cross)media willen doen. Het is natuurlijk ook een beetje een kwestie van tijd. Niemand trekt toch nog in twijfel of de tv, dvd-speler en de PC zinvolle leermiddelen zijn!? En uiteraard valt ook de rol van de leerling niet uit te vlakken: die neemt immers zijn eigen leermiddelen wel mee in de vorm van mobieltje, PSP’s, Wii’s en iPods.

Ik herhaal mezelf door te stelen dat een wezenlijk aspect van de professionalisering van docenten gericht zou moeten zijn op technologie als doel, opdat het een middel kan worden. Het ontwikkelen van onderwijs met een ferme digitaal-creatieve component is m.i. voor de docent net zo’n stimulerende activiteit als het voor een leerling is om zo’n les te mogen volgen.

 

Tagged with →  
Share →