Ik heb graag dat mensen hier mijn stukkies komen lezen, maar elders wordt ook nog wel eens wat interessants geschreven. Wilfred Rubens had de afgelopen dagen wel wat stukken die de moeite waard zijn:
De acceptatie van nieuwe tools door docenten is voor Mac-docenten een herkenbaar verhaal.Zelf loop ik ook nog met regelmaat tegen het argument Maar we hebben nu eenmaal al die Windowscomputers aan. Wat de Nederlandse onderwijs boer niet kent, dat vreet ‘ie niet. Dat gaat niet alleen voor tools, zoals in de post op zijn blog wordt gesxhreven maar ook voor technologie:
En ik vind ook dat wij ‘(t)e-learning adepten’ wel eens wat vaker stil mogen staan bij de docent die ook wat meer heeft te doen dan de mogelijkheden van nieuwe technologieën te verkennen. Binnen hun werkzaamheden zou voldoende ruimte moeten zijn om te experimenteren en te ontwikkelen. Maar aan de andere kant: enige nieuwsgierigheid naar de toegevoegde waarde van weblogs, wiki’s, podcasts, en dergelijke mag je toch wel verwachten van een onderwijsprofessionals.
Minstens zo lezenswaardig is zijn stukje over de gigantische penetratiegraad van social networks bij Amerikaanse scholieren.
Maar liefst 96% van alle jongeren die online zijn participeren minstens één keer per week in een social network (zoals Facebook of MySpace). Het onderliggende onderzoek is vanuit marketing oogpunt uitgevoerd. Toch is het artikel Social Networking Reaches Near Full Penetration Among Teens and ‘Tweens ook vanuit onderwijsoogpunt de moeite waard. In de eerste plaats had ik niet verwacht dat (Amerikaanse) jongeren zo massaal bezig zijn met social networking.
Indrukwekkend of zorgwekkend? Die vraag stelt Wilfred Rubens zichzelf (en zijn lezers) ook.
Tot slot nog een aardig nieuwtje uit het ICT-café over de gisteren doorgevoerde update van Google Docs, waarbij deze online-office-suite-in ontwikkeling een fris gezicht heeft gekregen.