Ik maak er doorgaans een punt van niet teveel aandacht aan de krant van wakker Nederland te besteden (de commentaren op het onderhavige artikeltje sterken me in die opvatting), maar via een link in Business Compleet kwam ik toch op een artikeltje dat ik interssant vond:

AMSTERDAM – Vijftien procent van de kantoorwerknemers vervelen zich zo erg dat ze lijden aan een boreout. Deze tegenhanger van de burnout moet door werkgevers zeer serieus worden genomen, schrijven de Zwiterse organisatieadviseurs Werder en Rothlin in het managementboek Diagnosis Boreout. Dat meldt de Telegraaf. 

Symptomen van een boreout zijn moeheid, irritatie en lusteloosheid. Ongeveer vijftien procent van de kantoorwerkers zou zich vervelen. In een tijd waarin drukte en stress zijn uitgegroeid tot statussymbool, is verveling taboe. Wie weinig te doen heeft op het werk, houdt zijn mond uit angst te worden gezien als klaploper. Zowel onderbelasting als verveling en desinteresse kunnen leiden tot een boreout, schrijven Rotlin en Werder. 

Ik kon het niet laten in plaats van ‘kantoorwerknemers’ ‘leerlingen’ te lezen. Ik denk echter dat als daar eens goed onderzoek naar gedaan zou worden dat het percentage best hoger zou kunnen uitpakken. Maar hoe zou dat zijn voor docenten, zou ook van dergelijke werknemers 15% zich vervelen? Lesgeven heeft immers toch vaak een zeker herhalend karakter. Ik ben benieuwd of lezers het principe van boreout ook in hun eigen omgeving bij leerlingen en collega’s herkennen. Hoe maak je nu lessen waarin niemand zich hoeft te vervelen? Is het gebruik van technologie daar een sleutelfactor in?

Tagged with →  
Share →